Trompettist John Birks “Dizzy” Gillespie was een van de grondleggers van de bebop. Gillespie (1937, Cheraw, South Carolina) speelde trompet in bigbands van achtereenvolgens Teddy Hill en Cab Calloway. In nachtelijke jamsessies in Minton's Playhouse in New York overschreed hij samen met gelijkgestemden als saxofonist Charlie Parker, pianist Thelonious Monk en drummer Kenny Clarke de grenzen van de swing door te experimenteren met harmonische vernieuwingen, complexe thema’s, hoge tempo’s en verrassende ritmische accenten. Gillespie, tegelijkertijd de leidende theoreticus en grootste entertainer van de bebop, leidde eigen combo’s en een bebopbigband. Hij voegde meer en meer Afro-Cubaanse elementen toe aan de bebop en werd zo een wegbereider voor de latin jazz. Zijn karakteristieke verschijning met schuin omhoog gebogen trompet en enorm uitpuilende wangen deden haast vergeten dat hij een virtuoos trompettist was.
Door geniale virtuositeit te combineren met pure emotie op de altsaxofoon, had Charlie Parker in zijn tijd maar weinig concurrenten. En na hem zou het nooit meer hetzelfde zijn. Als één van de uitvinders van de bebop (samen met Dizzy Gillespie, Bud Powell en anderen), introduceerde Charlie ‘Bird’ Parker nieuwe mogelijkheden voor expressie, één die een indrukwekkende techniek koppelde aan gedegen muzikale kennis en vooral: het vermogen om complexe ideeën simpel, oprecht en onweerstaanbaar uit te voeren. Parker overleed op 34-jarige leeftijd en liet een erfenis na die velen trachtten te evenaren maar door niemand werd overtroffen.
Al tijdens zijn leven (1923 – 2000) was Tito Puente een legende. De percussionist werd bekend als bandleider die het geluid van Spanish Harlem bepaalde. Vanaf de jaren vijftig was het mede door Puente’s werk dat stijlen als mambo en cha-cha-cha bij een groter (en blank) publiek bekend werden. In zijn later leven speelde Puente ook een belangrijke rol in de latin jazz en salsa. Santana scoorde een grote hit met zijn Oye Como Va. De veteraan werd niet alleen onderscheiden op zijn muzikale merites (met verschillende Grammy’s) maar ook als militair. Puente vocht tijdens de Tweede Wereldoorlog mee in negen veldslagen.
J.J. Johnson (Indianapolis,1924) was de belangrijkste trombonist uit de bebop-tijd. Hij haalde een saxofoon-achtige klank uit zijn instrument en speelde vaak ook met een snelheid die alleen aan saxofonisten leek voorbehouden. Johnson raakte bekend in het orkest van Benny Carter en door zijn deelname aan de Jazz At The Philharmonic-concerten. Samen met college-trombonist Kai Winding vormde hij het duo Jay & Kai. Johnson overleed in 2001.
De rhythm & blues- en fusionformatie The Yellowjackets werd in 1977 opgericht door gitarist Robben Ford, die de eerste jaren tevens de gezichtsbepalende figuur was. Na zijn vertrek in 1983 werd hij opgevolgd door altsaxofonist Marc Russo, waarna de hoogtijperiode van de groep begon. Met o.a. bassist Jimmy Haslip en drummer William Kennedy wist de groep een geheel eigen draai aan rhythm & blues en fusion te geven. Na het vertrek van Russo in de jaren negentig en met de komst van tenorsaxofonist en klarinettist Bob Mintzer ging de muzikale richting meer en meer de richting van jazz op. Dat kostte de band fans, maar leverde ze ook nieuwe op. The Yellowjackets blijven zich ook in 21 ste eeuw steeds ontwikkelen.