Net als zijn vier vioolconcerten kun je Schnittkes strijkkwartetten beluisteren als vier zelfportretten uit evenzoveel fases van zijn carrière. De overkoepelende factor is dat hij ze alle in de Sovjet Unie componeerde (het Vierde Strijkkwartet voltooide hij vlak voor zijn vertrek naar het Westen). Vooral hetEerste en Vierde Strijkkwartet (1966, 1989) worden gedomineerd door donkere aardkleuren. De
… tweetussenliggende kwartetten (1980, 1983) daarentegen zijn een goed voorbeeld van zijn eclectische componeerstijl, die hij zelf graag polystilistisch noemde. In bijvoorbeeld de eerste acht maten van het DerdeKwartet horen we niet minder dan drie citaten, afkomstig uit Lassus’ Stabat Mater, de Grosse Fugevan Beethoven en Sjostakovitsj’ muzikale handtekening: d-es-c-h. Deze amalgaam aan heterogeneingrediënten bereikt al snel het kookpunt in venijnige dissonanten en clusters, enkele van Schnittkeshandelsmerken. (JWvR)meer