Na de première van Ein Heldenleben van Richard Strauss barstte er een storm van kritiek los. De componist refereerde immers aan het heroïsche Es groot, de toonsoort van Beethovens onaantastbare Eroïca. Bovendien maakte Strauss gebruik van het symfonische geschut waarmee Wagner de bovenmenselijkeprestaties van zijn mythische helden had bezongen. Strauss gebruikte deze middelen echter alleen maar
… om hem, zichzelf en zijn eigen persoon te verheerlijken. Zijn symfonische gedicht had wat dat betreft meer weg van reality tv dan van een ‘Heldenleben’. Zelfverheerlijking of Beierse zelfspot? Zelf zei Strauss hierover tegen Romain Rolland: ‘Ik ben geen held. Ik heb er de kracht niet voor. Ik ben niet geschikt voor de strijd. Het liefst hou ik mij op de achtergrond, op een rustige plaats.’ (HJ)meer