De Italiaanse choreograaf Salvatore Viganò studeerde compositie bij zijn oom Luigi Boccherini en dans bij ondermeer Jean Dauberval. Als choreograaf was Viganò vooral geïnteresseerd in dramatische zeggingskracht: hij creëerde coreodrama’s, een vorm van pantomime-ballet waarbij mime overheerste. De muziek componeerde hij vaak zelf, maar in Wenen waar hij een aantal jaren balletleider was, maakte
… hij gebruik van de diensten van niemand minder dan Ludwig van Beethoven. Samen creëerden zij het ballet Die Geschöpfe Des Prometheus. Nu bestond balletmuziek in deze tijd meestal uit een potpourri van bekende deuntjes (van bijvoorbeeld opera-aria’s) samengesteld door een tweederangs componist. Een ballet werd vooral gezien als een divertissement. Critici hadden moeite met Viganò’s experimentele pantomime-ballet, als ook met Beethovens complexe balletmuziek. Die Geschöpfe Des Prometheus vertelt hoe Prometheus uit klei twee beelden schept en ze tot leven wekt. De Titaan is trots op zijn werk tot hij merkt dat de schepsels geen gevoelens hebben. Hij smeekt Apollo zijn ‘kinderen’ te onderwijzen in de kunsten en wetenschappen, waarna ze alsnog uitgroeien tot volwaardige mensen. Van Viganò’s choreografie is niets bewaard gebleven. (CP)meer