Met de cyclus “Das wohltemperierte Kavier” uit 1722 had Bach getoond hoe men door gebruik van het juiste stemmingssysteem alle beschikbare 24 toonsoorten kon gebruiken. Het was een principe dat hem kennelijk aan het hart ging, want in de jaren 1738-1742 stelde hij een tweede boek samen, dat net als het eerste bestond uit 24 preludes en fuga’s in alle toonsoorten. Waarschijnlijk heeft hij voor
… dit boek enkele oudere stukken verzameld en daar vervolgens de ontbrekende stukken bij gecomponeerd. Desondanks maakt “Boek II”, zoals het werk doorgaans wordt aangeduid, allerminst een heterogene indruk. Waar “Boek I” vooral in de preludes een staalkaart van modellen biedt, is “Boek II” homogener. Daarmee is niets ten nadele van de kwaliteit gezegd, want uiteindelijk is “Boek II” hetzelfde als “Boek I”, maar dan anders en in ieder geval net zo goed. (JvG)meer