De Cubaanse componist Leo Brouwer speelde al vanaf zijn dertiende gitaar, naar het voorbeeld van zijn vader. Zowel de gitaar als de populaire Cubaanse muziek zouden constanten in Brouwers muziek blijven, zelfs toen hij in de jaren zestig onder de invloed kwam van de Poolse experimentele muziek (zie o.a. Elogio de la Danza uit 1964). Begin jaren tachtig – nadat de avant-gardistische schoonmaakwoede
… was uitgewoed – besloot Brouwer dat de tijd rijp was voor muziek met meer warmte en menselijkheid. Tot de vruchten van deze 'neoromantische' (Brouwers eigen typering) koerswijziging behoorden o.a. de driedelige gitaarsuite El Decamerón Negro (Black Decameron), naar Afrikaanse liefdesverhalen uit een oude antropologische collectie. Zowel de Elogio de la Danza als El Decamerón Negro ontbreken hier helaas; Emanuele Buono - prijswinnaar van de Agustín Barrios International Guitar Competition – had er ongetwijfeld raad mee geweten. Op deze laag geprijsde Brilliant Classics cd beperkt hij zich tot 36 puntgave gitaarstukjes, verdeeld over de bundels Estudios Sencillos, Nuevos Estudios Sencillos & Preludios Epigramáticos. De Estudios Sencillos zijn een twintigtal oefeningen in specifieke gitaarproblemen. De tien Nuevos Estudios Sencillos werden ieder geïnspireerd door een componist die van belang was voor de gitaarmuziek of voor de klassieke muziek in het algemeen. (HJ)meer