Vincenzo Bellini (1801-1835) werd geboren in Catania op Sicilië. Anders dan bij zijn latere rivaal Gaetano Donizetti lag een carrière in de muziek voor de hand. Zowel zijn vader als zijn grootvader waren componist. Bellini studeerde aan het conservatorium van Napels waar de klassieke eenvoud en helderheid van Paisiello's muziek als voorbeeld gold. De virtuoze melodieën en 'luide' orkestraties van Rossini (die op dat moment triomfen vierde) werden verfoeid. Het knappe van Bellini is dat hij iets van beide stijlen wist te combineren. Zijn eerste opera's bevatten opmerkelijk weinig coloratuur, wat hem snel de reputatie opleverde een filosofische componist te zijn. Zijn hart lag bij de tekstzetting en hij had het talent om beeldschone, eindeloos lange melodieën te componeren. Een talent die hem de bewondering op zou leveren van ondermeer Verdi en Chopin. Toch was Bellini ook een pragmaticus, die de wensen van een succesvolle zanger graag inwilligde. Hij stond bekend als een man die zijn carrière berekenend uitstippelde. Bellini had vrijwel vanaf het begin succes en zat snel in de comfortabele positie eisen te kunnen stellen. Zijn relatie met een rijke, getrouwde vrouw versterkte zijn onafhankelijkheid. Anders dan veel van zijn collega's hoefde hij maar één opera per jaar te componeren. Toch werd dat vaak alsnog haastwerk, omdat zijn vertrouwde librettist Felice Romani de tekst gewoonlijk te laat inleverde. Het belette hun niet samen grote meesterwerken te schrijven als La Sonnambula en Norma. Het zouden er ongetwijfeld meer zijn geworden, als Bellini niet zo jong overleden was (aan amoebiasis). (CP)
Sla een willekeurige biografie over Franz Liszt (1811-1886) open en je leest vooral over zijn rusteloze bestaan als pianovirtuoos, zijn gepassioneerde liefdesleven en de terugkeer naar zijn katholieke wortels aan het eind van zijn leven. Dat mag allemaal waar zijn, toch schept het maar een beperkt beeld van zijn veelomvattende muzikale persoonlijkheid. Naast pianist, dirigent, docent en organisator was Liszt bovenal componist van een even omvangrijk als grillig oeuvre. Hoewel pianowerken zijn ‘core business’ waren, stond hij aan de wieg van het symfonisch gedicht, rekende hij af met het stoffige imago van het orgel en gaf hij het oratorium een nieuwe impuls. Daarnaast was Liszt met zijn pianotranscripties van onder andere Bachs orgelwerken en Berlioz' Symphonie Fantastique een warm pleitbezorger van zowel oude als nieuwe muziek. Samen met schoonzoon Richard Wagner stond hij in de voorhoede van de romantische beweging en anticipeerde met nieuwe compositietechnieken op de muzikale revoluties van de vroege twintigste eeuw. (JWvR)
Chopin behoort tot de grootste componisten uit de romantische pianotraditie. Hij was een meester in het ‘groots maken van de kleine vorm’. Zijn ballades, mazurka’s, polonaises, preludes, etudes en nocturnes behoren tot de populairste standaardwerken ooit geschreven voor piano.
Het wonderkind groeide op in een middenklasse gezin dat vertoefde in de wereld van de Warschau intelligentsia. Toen in 1830 de Novemberopstand in Polen uitbrak, verbleef de twintigjarige Chopin in Wenen. De banneling zou zijn vaderland nooit meer terugzien, hij settelde zich in het bloeiende culturele Parijs.
Hij vermeed publieke concerten, maar speelde wel graag in intieme settings als exclusieve salons en thuis voor vrienden. Zo bouwde Chopin een reputatie op als exceptioneel pianist, pianoleraar en componist.
Tijdens zijn tien jaar durende relatie met de feministische schrijfster George Sand schreef hij in haar zomerverblijf Nohant zijn belangrijkste composities. Door oplopende spanningen en onenigheid gingen Sand en Chopin uit elkaar, en de altijd al aan een zwakke gezondheid lijdende Chopin teerde langzaam weg en overleed op 39-jarige leeftijd aan tuberculose.
Chopin bracht een unieke synthese tot stand tussen de Weense ‘bravura/briljante’ stijl en de Frans/Engelse lyrische stijl. Ondanks zijn technisch veeleisende stukken lag de nadruk op zangerige expressie en een poëtische atmosfeer. Hij creëerde de instrumentale ballade en bracht salongenres door vernieuwingen en verfijningen op een hoger plan. (SvdP)
George Gershwin groeide op in een armoedige buurt in New York. Zijn ouders waren Russische immigranten die maar met moeite de eindjes aan elkaar konden knopen. Toch besloten ze om een oude piano aan te schaffen, zodat Ira Gershwin het kon gaan maken als musicus. Alleen bleek niet Ira, maar z’n jongere broer George het muzikale genie te zijn. Ira legde zich toe op het schrijven van teksten en samen werden de broers Gershwin absolute grootheden in de twintigste eeuwse musicalwereld. De composities van George zijn vandaag de dag nog steeds goed beluisterbaar en kunnen in een moderne setting zó opnieuw gebruikt worden. Het bewijs wordt geleverd door het lied Rhapsody in Blue uit 1924, die een aantal keer in de Top 2000 stond. Maar het bekendste voorbeeld is natuurlijk het tijdloze Summertime, dat ontelbare keren door ontelbare artiesten is gecoverd.